Overeenkomstig artikel 4 van het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording provincies en
gemeenten) volgen de jaarstukken de indeling van de begroting. Dit betekent dat de jaarstukken
dezelfde opzet en structuur hebben als de begroting. Er is hierbij voor gekozen om de relevante
teksten uit de begroting te herhalen en aansluitend de verantwoordingsteksten te plaatsen, zodat de
jaarstukken als zelfstandig document leesbaar zijn.

De programma’s kennen allemaal dezelfde indeling:

  • Missie/programmadoelstelling
  • Kaderstellende beleidsnota’s
  • Programmaonderdelen
  • Subfuncties
  • Beleidsdoelen
  • Financiën

De eerste vier onderdelen zijn identiek aan die van de begroting. Alleen als in het verslagjaar
binnen het werkterrein van een programma een beleidsnota is vastgesteld, dan zal deze aan het
onderdeel ‘kaderstellende beleidsnota’s’ zijn toegevoegd.

De beleidsdoelen vormen de kern van de programma’s. Het vetgedrukte beleidsdoel, evenals de
bijbehorende toelichting zijn identiek aan die in de begroting. In een enkel geval zal de toelichting
op het beleidsdoel zijn aangevuld als in de loop van het verslagjaar andere accenten zijn gelegd.
Vervolgens worden de prestaties uit de begroting 2015 herhaald in de linker kolom van een tabel,
terwijl in de rechterkolom de gerealiseerde resultaten worden vermeld. Daaronder wordt
verantwoording afgelegd over de indicatoren. Het verschil tussen begroot en gerealiseerd wordt
hierbij toegelicht.
Per beleidsdoel wordt daarna een toelichting gegeven op de financiële verschillen tussen de
realisatie en de gewijzigde begroting. Deze toelichting bestaat uit de verschillentabel zelf en een
tabel met een specificatie van de verschillen. Deze verschillen zijn vervolgens inhoudelijk
toegelicht.

Op de laatste bladzijden van het programma wordt een recapitulatie van de baten en lasten per
beleidsdoel gegeven, gespecificeerd naar begroting voor wijziging, begroting na wijziging en
realisatie. Tevens wordt een specificatie gegeven van de mutaties in de reserves en de
voorzieningen.

In de bijlagen bij de jaarstukken wordt in de diverse overzichten gerefereerd aan de indeling in
beleidsdoelen en de corresponderende subfuncties.

Door in de jaarstukken, zoals hiervoor is beschreven, consistent de gewijzigde opzet van de
begroting te volgen kan de raad invulling geven aan zijn controlerende rol.